Geschiedenis van de Russische literatuur
Middeleeuwen
De oudste Russische teksten waren kronieken, wetsteksten en heiligenlevens (hagiografieën) . Vooral de Nestorkroniek of Het Verhaal van Voorbije jaren (Повесть Временных Лет) uit de .. eeuw is bekend.
Het werd geschreven door de monnik Nestor van het Kiëvse Holenklooster (Киево-Печерская Лавра) Het oudste exemplaar daarvan wordt bewaard in de Russische Nationale Bibliotheek in Sint Petersburg.
Een belangrijke wetstekst uit deze tijd is de Русская Правда, (Roesskaja Pravda, het Russisch Recht), een onder Jaroslav I de Wijze tot stand gekomen wetgeving, gebaseerd op de mondelinge wetgeving van de Oostslaven. Het eerste echt literaire werk in het Russisch is het twaalfde-eeuwse Igorlied, een epos over de veldtocht van prins Igor van Novgorod tegen plunderende nomaden.
Vroegmoderne tijd
In de 18e eeuw was de Russische literatuur aan flinke censuur onderhevig. Bovendien ontbrak het nog aan een algemeen aanvaardde norm voor literair Russisch, wat teksten uit deze tijd moeilijk toegankelijk maakt. Bekende schrijvers uit deze tijd zijn Vasili Tredjakovski, Michaïl Lomonosov, Denis Fonvizin en Nikolaj Karamzin.
Gouden Eeuw
De Russische literatuur komt pas echt goed op gang in de 19e eeuw. Deze tijd staat dan ook bekend als de Gouden Eeuw. Het begin van de 19e eeuw is de tijd van de grote Romantische dichters, Aleksandr Poesjkin en Michaïl Lermontov. De latere 19e eeuw is de bloeitijd van de Russische roman, de tijd van Tolstoj en Dostojevski, en natuurlijk ook van het toneel van Anton Tsjechov.
Zilveren Eeuw
Het begin van de 20e eeuw staat bekend als de Zilveren Eeuw van de Russische Literatuur. Nieuwe stromingen komen op, symbolisme, futurisme. Het is de tijd van dichters als Aleksandr Blok en Jesenin.
Socialistisch realisme en dissidentenliteratuur
Als Rusland na 1917 een communistisch land wordt, wordt het socialistisch realisme de leidende norm voor schrijvers. Het socialistisch realisme houdt in dat schrijvers ten dienste zijn aan het volk (en aan de partij, die gezien werd als de belichaming van de wil van het volk). Romans moesten realistisch de zegeningen van de communistische vooruitgang beschrijven en moreel verheffend zijn voor het volk. Klinkt als een recept voor kitsch, en dat was het in veel gevallen ook. Toch zijn er een aantal loyale sovjetschrijvers die ook ni nog de moeite waard zijn, zoals Maksim Gorkij en Sjolochov. De meest bekende schrijvers uit deze periode zijn echter degenen die lak hadden aan het socialistisch realisme en hun eigen ziel volgden. Sommige van deze schrijvers onderingen moedig vervolgingen, liever dan de literatuur te verraden. Enkelen vluchtten naar het westen en werden decennialang niet of nauwelijks gelezen in de Sovjetunie. Dissidente schrijvers waren bijvoorbeeld Anna Achmatova, Aleksandr Solzjenitsyn, Boris Pasternak, Iosif Brodskij.
Hedendaagse tijd
Na de val van het communisme is een nieuwe generatie schrijvers opgestaan voor wie de Sovjettijd niet meer een overaal aanwezig thema is, het zij als conformist of als dissident. De nieuwe schrijvers kenmerken zich door een veelheid aan thema's en stijlen. Bekende hedendaagse Russische schrijvers zijn bijvoorbeeld Ljoedmila Oelitskaja en Aleksandr Sjisjkin.
Nobelprijs
De Nobelprijs voor de Literatuur wordt beschouwd als de hoogste literaire onderscheiding. De prijs wordt sinds 1901 jaarlijks uitgereikt aan een schrijver die literair werk van buitengewoon hoog niveau heeft geschreven. In de woorden van Alfred Nobel: "Voor degene die op literair gebied het voortreffelijkste heeft voortgebracht in een ideale richting." Het gaat om schrijvers van blijvende waarde voor de wereldliteratuur.
De Nobelprijs voor de Literatuur is tot nu toe 5 keer uitgereikt aan een Russischtalige schrijver.
1933 - Ivan Boenin
1958 - Boris Pasternak
1965 - Michail Sjolochov
1970 - Aleksandr Solzjenitsyn
1987 - Iosif Brodskij
|